De afgelopen jaren heb ik voor de meest uiteenlopende uitgeverijen gewerkt, en het leuke is dat je overal wel weer iets van opsteekt of ergens door geïnspireerd raakt. Een van de meer omvangrijke inspiraties deed ik op bij Kosmos Reizen, waar ik in aanraking kwam met het Caravanity-gebeuren. De foto’s en teksten van Femke Creemers waren zo aanstekelijk dat ik besloot de caravan die mijn ouders van de hand wilden doen grondig op te pimpen (zoals het opknappen dan heet).
De eerste keer dat ik hem uit de stalling haalde, kwam ik niet verder dan een chemisch toilet eruit slopen (aangezien ik ervan uitga dat geen enkel gezinslid van ons dood gevonden wil worden met een plastic container met toilet-inhoud) en de vitrages loshaken. Door werk, vakantie et cetera verdween de caravan weer richting stalling en kwam het er verder even niet van. Zo ging er algauw weer een jaar voorbij, maar in februari 2016 besloot ik dat ik ieder vrij weekend hieraan zou spenderen, al was het alleen maar om me de hoon van man en vader wegens niet afgemaakte klusprojecten te besparen. Begin maart begon ik in de natte sneeuw en de moed zakte me enigszins in de schoenen bij de overweldigende hoeveelheid houtfineer en bruin/beige plastic die je in de gemiddelde caravan aantreft. Gelukkig was dochter Sophie zo enthousiast dat we gestaag samen laag na laag na laag na laag hebben aangebracht en uiteindelijk was er resultaat te zien.
Nu komt langzaam de finishing touch in zicht, en ik ben toch al één keer wakker geworden terwijl ik heel tevreden om me heen keek naar wat ik allemaal onder handen had genomen. Afgelopen weekend volgde een dipje toen ik blij mijn zelfgemaakte gordijnen wilde ophangen en ze TWEE CENTIMETER TE KORT bleken – ik snap nog steeds niet hoe dit mij heeft kunnen gebeuren – maar verder komt het einde in zicht.
Ondertussen wordt het tijd voor de volgende stap: een leuke plek buiten de stad vinden om hem bij wijze van buitenhuis neer te zetten. Ik heb er al een zondag aan gespendeerd maar kwam nogal gedeprimeerd thuis na talloze vierkante veldjes te hebben gezien waar in iedere grote voortent senioren aan de koffie zaten, keurig op rij. Niet het buitenparadijs dat mij voor ogen stond. Ondertussen wordt de zoektocht een project op zich, maar eerst maar eens een weekend zomaar ergens kamperen en tevreden rondkijken naar wat ik als niet-klusser toch heb gedaan. En dan in de zomer kamperen met de Holtkamper, want een caravan achter de auto gaat me vooralsnog net een stapje te ver.